vrijdag 19 maart 2010

duurzaam onderwijs = duurzaam leren


Binnen en buiten de HAN is duurzaamheid een actueel thema. Naast duurzaam cateren en FSC-gecertificeerd papier staat binnenkort ook duurzaam onderwijs op de agenda. In dit kader wordt vooral gekeken naar bewustwording bij studenten en het integreren van duurzaamheid als onderdeel van het curriculum. Mijn interesse gaat veel meer uit naar: hoe maken we het leren duurzaam?

Blended Learning als duurzaam onderwijsconcept
Er is een interessant engels onderzoek gedaan, dat aangehaald wordt door prof. dr. Paquita Pérez Salgado in haar oratie aan OU (2008). Hierin wordt weergegeven dat online onderwijs vele malen (8 tot 9 keer) duurzamer is dan contactonderwijs. De winst wordt met name gehaald door de winst op het minder reizen. Dit pleit voor meer afstandsonderwijs. Het zou duurzamer voor de HAN zijn om meer te doen met blended learning. Het VAL-concept e.a. zijn hier goede voorbeelden van. Het zou toch geweldig zijn als we duurzaamheid als argument voor meer blended learning kunnen gebruiken, los van de onderwijskundige voordelen.

Internationalisering is niet duurzaam
Een tweede punt dat interessant is en waar Perez ook naar verwijst is het feit dat de internationalisering van het onderwijs niet duurzaam is. Het zou duurzamer voor de HAN zijn om minder internationale studenten toe te laten, danwel studenten internationaal te laten studeren

Duurzaam leren
Een derde punt, dat mij aanspreekt is de duurzaamheid van het leren zelf. Wilfred Rubens heeft hier een bijdrage over geplaatst. In het kort komt het er op neer dat je er als instelling voor zorgt dat studenten tijdens en na hun studie permanent samen kennis creëren. Dit kan vervolgens gefaciliteerd worden met ICT (zie ook mijn blog over leren in 2025, waar uit onderzoek blijkt dat ICT helpt bij het leren van o.a. metacognitie). Daarnaast kunnen we dit punt ook doortrekken naar de HAN als organisatie. Hoe zorgen we ervoor dat we van de HAN een organisatie maken waarin medewerkers permanent samen kennis creëren. Ook hier kan ICT faciliteren. Het zou mooi zijn als de HAN op dit gebied een duurzaam beleid formuleert door te investeren in kenniscreatie van de medewerkers.

Op HANovatie is hier een column over geschreven door Olga Teunissen.

Leren in 2025


Vandaag ontving ik van een collega een email over een europese publicatie over e-learning: elearningpapers. In deze uitgave een aantal artikelen over het nieuwe leren voor een nieuwe samenleving. In het kader van onze visieontwikkeling op de DLWO sprak mij het volgende artikel aan (helaas alleen een samenvatting beschikbaar, omdat de originele versie in het Spaans is): Visie op leren in Europa in 2025 .

Uit de samenvatting: "In dit artikel worden de resultaten beschreven van de innovatieanalyse in het kader van levenslang leren ondersteund door het gebruik van ICT alsmede een aantal gebieden die met leren verband houden en speciale aandacht vragen voor wat betreft innovatie en creativiteit.

Het resultaat van deze studie is gecomprimeerd in een aantal “noodzakelijke vereisten voor verandering”, een lijst met acties die op alle vier de gebieden moeten worden genomen waar het project zich op gericht heeft, plus enkele algemene transversale vereisten. Deze noodzakelijke vereisten kunnen worden samengevat in de volgende visie op Learnovation voor leren in Europa in 2025:

“Een lerende zijn gedurende het hele leven, wordt een levensvoorwaarde. Dankzij het massale en natuurlijke gebruik in het alledaagse leven, vormen de technologieën een emanciperende kracht voor de kansen en mogelijkheden van mensen om te leren en bevorderen een spontane tendens naar metacognitie en eigenaarschap van hun leerproces”.
"

Grote vraag is nu welke rol een hoger onderwijsinstelling hierin kan spelen. Natuurlijk is het zaak dat we de studenten voorbereiden op een leven lang leren. Het gaat naar mijn idee dan niet zozeer erom dat we nadenken over welke technologie we hierbij in kunnen zetten (bv. het zorgen voor portfolio's die studenten 'mee kunnen nemen'). Dit houdt je namelijk gezien de snelle ontwikkelingen als instelling nooit bij. We kunnen veel beter inzetten op het ontwikkelen van de vaardigheid om een leven lang te leren. En dat draait o.a. om hetgeen hierboven vermeld staat: het ontwikkelen van metacognitie en verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces. En laat de ICT hier nou juist kansen en mogelijkheden bieden om dit te leren en te bevorderen. Dit lijkt me een belangrijk uitgangspunt bij het formuleren van onze visie over de DLWO van de toekomst.

vrijdag 5 maart 2010

Trends DLWO - rechts of links? - deel 1


Op verzoek van het platformbestuur ICT en Onderwijs voert de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF een onderzoek uit naar de stand van zaken rondom de Digitale Leer- en Werkomgving (DLWO), op basis van gesprekken en documenten. De aanbevelingen van de WTR vormen het uitgangspunt van een programma rond de DLWO.

Binnen de HAN hebben we op dit moment geen visie over de DLWO op papier staan. We zijn echter wel heel actief op dit terrein. Om een bijdrage te kunnen leveren aan het onderzoek van SURF, verzamel ik samen met mijn directe ICTO-collega's een lijst met trends. Op termijn maken we hier een visie-document van.

Een eerste inventarisatie leverde de volgende lijst op:
cloud computing: instellingen gaan meer gebruik maken van cloud computing (data en applicaties buiten de deur van de instelling, maar ook Google Apps en Mail)
open educational resources: instellingen bieden leermaterialen via open source aan of maken er gebruik van (vb. ITunesU en OpenCourseWareConsortium)
identity management: flexibele leerwegen en integratie van applicatie vraagt om een centraal gedefinieerde identiteit. Het is belangrijk om de toegang tot digitale bronnen te stroomlijnen en tevens intellectueel eigendom te beschermen. Identity management faciliteert dit maar geldt ook als primaire tool voor beveiliging (ook relevant is federatief identity management: identity bij een onafhankelijke organisatie)
mobile devices (student vindt het vanzelfsprekend dat hij toegang heeft tot relevante informatie via zijn pda, smartphone)
collaboration tools (deze tools passen in de wereld waar studenten na hun studie gaan werken. Ook gebruiken veel jongeren de tools al in de privésfeer. Het wordt tijd dat de docent zichzelf uit de ‘spotlight’ haalt als instructeur en studenten de ruimte (durft te geven) geeft om zelfgestuurd te leren en kritisch te denken. Collaborative tools helpen om studenten bij elkaar te brengen en samen te ontdekken en kennis te creëren)
de persoonlijke leeromgeving (student/docent krijgt meer ruimte om zelf te bepalen welke tools hij/zij inzet, muv de adminstratieve tools als bv. HAN-SIS)
portaal met toegang tot persoonlijke informatie (student/docent heeft via 1 kanaal toegang tot de voor hem relevante informatie, portaal is flexibel in het toevoegen van eigen feeds en tools)
video (meer video integreren in het onderwijs, o.a. als vorm om competentieontwikkeling aan te tonen)
diagnostisch digitaal toetsen (digitale toetsen worden met name diagnostisch ingezet en zij vrij toegankelijk voor studenten op de momenten die hen uitkomen)
integratie van functionaliteit en meer samenwerking tussen applicaties
transparantie kwaliteit (ICT biedt de mogelijkheid om de kwaliteit van opleidingen transparanter te maken)
van en met elkaar leren (met ICT leren studenten van en met elkaar)
• meer professionalisering docenten (inzet van ICT kan alleen slagen als er meer wordt geïnvesteerd in de professionalisering van docenten)
• praktijk naar binnen en kennis naar buiten (profilering opleiding) ICT maakt het mogelijk om de praktijk meer de opleiding in te halen en anderzijds de kennis naar buiten te brengen
maatschappelijke oriëntatie en duurzaamheid (het is aan te bevelen om in het onderwijs tools te gebruiken die ook in de maatschappij/werkveld worden gehanteerd; ook kan het inzetten van ICT (meer blended learning) een duurzamer onderwijsmodel opleveren)
open infrastructuur (de wereld vraagt dat we ons openstellen voor de buitenwereld; het naar binnen halen van de praktijk en het naar buiten presenteren van kennis vraagt om een meer open infrastructuur)

De lijst is zeer divers. Volgende week zal ik een poging doen om de lijst tot 1 A4 te beperken. Deze lijst nemen we vervolgens mee als input voor de discussie bij Surf. Intern gebruiken we de lijst om onze visie op de digitale leer- en werkomgeving in de toekomst te formuleren.

In deze bijdrage heb ik o.a. gebruik gemaakt van de notitie The Future of Higher Education.