maandag 18 oktober 2010

Homegrown, Silo's and Open Education

Vorige week zijn we naar de jaarlijkse Educause-conferentie in Anaheim geweest. Surf organiseert jaarlijks een Edutrip voor medewerkers van universiteiten en hogescholen in Nederland. De groep bestond dit keer uit 34 personen. Van het congres is verslag gedaan via een wiki. Deze wordt de komende week verder gevuld met verslagen van de sessies. In deze blog geef ik mijn eerste indruk van het congres weer.

Het managen van verwachtingen
Voor mij was het bezoek aan Educause niet de eerste keer. Hierdoor had ik mijn verwachtingen van te voren al bijgesteld. Het congres gaat namelijk niet over digitale didactiek, maar kent een sterk technische insteek. De truc is dus om uit het grote aanbod aan sessies, die sessies te kiezen die aansluiten bij je eigen vragen. En dat is best een uitdaging. Want je moet het doen met een mooie titel en dito beschrijving en die dekken niet altijd de lading. Over het geheel gezien was ik op een aantal missers en teleurstelling na tevreden met mijn keuzes en heb ik veel nieuwe inzichten opgedaan.

Homegrown and Silo's
Twee woorden die in veel van de sessies terugkwamen, waren: 'Homegrown' en 'Silo's'. De eerste slaat op zelfgebouwde systemen. Daar hebben ze er op de amerikaanse universiteiten blijkbaar ook een handje van. De focus van veel ontwikkelingen gaat daarom logischerwijs uit naar meer open source systemen. Een mooi voorbeeld daarvan is de ontwikkelingen rond een open source systeem om weblectures vast te leggen en te distribueren: Matterhorn; sessie Opencast. Surfnet onderzoekt deze technologie.
De Silo's slaan op alle zaken die te maken hebben met afdelingen of systemen die naast elkaar functioneren, maar niet met elkaar praten. Ik had bewust niet voor sessies gekozen met CIO's als doelgroep, want daarin is dit onderwerp heel actueel. Maar toch sloop het begrip ook bij andere sessies op de slides van de presentatoren. Het probleem speelt met name als een bedrijf organisatiebrede software wil implementeren.

Open Education
Veel sessies werden georganiseerd rond het vastleggen van weblectures en het werken met open source software. Ook de inzet van bestaande sociale media, zoals Facebook, stond op de agenda van veel sprekers. De grote vraag die we ons hierbij moeten stellen is of we kiezen voor Open Education. Stellen we net als MIT ons cursusmateriaal beschikbaar aan de wereld en zo ja, met welk doel? Een interessante Keynote vond ik het verhaal van Neil Gershenfeld van MIT. Hij is de man achter de beroemde FabLabs (tijdens het congres kwam ik er achter dat de HAN ook een FabLab heeft in Arnhem). Neil heeft een artikel geschreven met als titel: is MIT obsolote? Hij gaat hier in op de reden waarom hij ooit naar MIT is gekomen (State-of-the-art research infrastructure, large library collections, and world-class faculty) en wat er gebeurt als deze 'bronnen' niet meer schaars zijn en dat is in zijn ogen steeds meer het geval:

"That’s increasingly the case. The Internet has already enabled distance learning, providing video links to classrooms and remote access to online content (such as MIT’s OpenCourseWare). By digitizing not just the communication of ideas but also the fabrication of things, the campus can now effectively come to the student".

En betekent dit dan dat de MIT's van deze wereld overbodig worden? Gershenfeld sluit zijn artikel af met de volgende tekst:

"The MITs of the world are far from obsolete, but instead of draining brains away from where they are most needed, these institutions can now share not just their knowledge but also their tools, by providing the means to create them. Rather than advanced technological development and education being elite activities bounded by scarce space in classrooms and labs, they can become much more widely accessible and locally integrated, limited only by the most renewable of raw materials: ideas".

Het verhaal van Gershenfeld pleit voor meer Open Education. In mijn ogen is dit de grootste uitdaging die we als onderwijsinstelling in de komende jaren organisatorisch, technisch en didactisch moeten oppakken. In een interessante sessie over weblectures, betoogde de spreker Joshua Kim, dat 'lecture capture is the best tool to support open education'. Het ziet er naar uit dat we hier binnen de HAN binnenkort een start mee gaan maken.

woensdag 21 juli 2010

Verrijkte publicaties


Nu ik zelf op het punt sta om te starten met mijn promotieonderzoek, raak ik meer geinteresseerd in de relatie tussen ICT en Onderzoek. In het HBO krijgt Onderzoek een steeds belangrijkere rol, dus het wordt tijd dat we ook nadenken over wat ICT hierin zou kunnen betekenen. Ook vertegenwoordig ik sinds twee maanden de HAN als contactpersoon in het platform ICT en Onderzoek van Surf.

Het terrein van ICT en Onderzoek is voor mij nog relatief onbekend. 1 van de ontwikkelingen die me aanspreekt is die van de 'verrijkte publicatie'. Deze ontwikkeling is een typisch voorbeeld van toegevoegde waarde van ICT. Door het gebruik van ICT is het mogelijk om een verrijkte publicatie te maken.

Wat is een verrijkte publicatie?
Een verrijkte publicatie bestaat uit een publicatie, meestal in de vorm van tekst, verrijkt met extra materialen. Een publicatie kan een artikel in een tijdschrift, een proefschrift, rapport, notitie of een hoofdstuk uit een boek zijn. Voorwaarde is dat het over (wetenschappelijk) onderzoek gaat en een interpretatie of analyse bevat van primaire data of een afgeleide daarvan. Het begeleidende materiaal kan bijvoorbeeld bestaan uit onderzoeksdata, beeldmateriaal ter illustratie, metadatasets en post-publicatie data zoals commentaren en ranking gegevens. Door de veranderende post-publicatie data is het mogelijk dat een verrijkte publicatie zich blijft doorontwikkelen in de tijd. Bron: Surffoundation.
.
Naast een flyer heeft SURF een serie korte films gemaakt over Verrijkte Publicaties. In de films wordt duidelijk gemaakt wat Verrijkte Publicaties zijn en welke meerwaarde deze nieuwe techniek biedt voor onderzoekers. De films zijn gebaseerd op de ervaringen die zijn opgedaan in vijf innovatieprojecten van SURFfoundation, uitgevoerd binnen het SURFshare-programma in 2009.

De focus van deze ontwikkelingen ligt nog veel op het WO. Het zou interessant zijn om te verkennen wat de mogelijkheden voor het HBO zijn.

Een andere interessante ontwikkeling op het gebied van Onderzoek & ICT zijn de zogenaamde collaboraties. Een collaboratory is een elektronisch, webgebaseerd samenwerkingsverband waarmee onderzoekers vanuit verschillende instellingen en locaties kunnen samenwerken en elkaars kennis en faciliteiten delen. Op die manier kan (inter)nationaal onderzoek worden verrijkt en versneld.

Dit klinkt mij niet zo spannend in de oren, maar het lijkt me zeker de moeite waard om te verkennen hoe anders de wensen van onderzoekers zijn ten opzichte van die van docenten. In een volgende blogbijdrage ga ik hier verder op in.

vrijdag 19 maart 2010

duurzaam onderwijs = duurzaam leren


Binnen en buiten de HAN is duurzaamheid een actueel thema. Naast duurzaam cateren en FSC-gecertificeerd papier staat binnenkort ook duurzaam onderwijs op de agenda. In dit kader wordt vooral gekeken naar bewustwording bij studenten en het integreren van duurzaamheid als onderdeel van het curriculum. Mijn interesse gaat veel meer uit naar: hoe maken we het leren duurzaam?

Blended Learning als duurzaam onderwijsconcept
Er is een interessant engels onderzoek gedaan, dat aangehaald wordt door prof. dr. Paquita Pérez Salgado in haar oratie aan OU (2008). Hierin wordt weergegeven dat online onderwijs vele malen (8 tot 9 keer) duurzamer is dan contactonderwijs. De winst wordt met name gehaald door de winst op het minder reizen. Dit pleit voor meer afstandsonderwijs. Het zou duurzamer voor de HAN zijn om meer te doen met blended learning. Het VAL-concept e.a. zijn hier goede voorbeelden van. Het zou toch geweldig zijn als we duurzaamheid als argument voor meer blended learning kunnen gebruiken, los van de onderwijskundige voordelen.

Internationalisering is niet duurzaam
Een tweede punt dat interessant is en waar Perez ook naar verwijst is het feit dat de internationalisering van het onderwijs niet duurzaam is. Het zou duurzamer voor de HAN zijn om minder internationale studenten toe te laten, danwel studenten internationaal te laten studeren

Duurzaam leren
Een derde punt, dat mij aanspreekt is de duurzaamheid van het leren zelf. Wilfred Rubens heeft hier een bijdrage over geplaatst. In het kort komt het er op neer dat je er als instelling voor zorgt dat studenten tijdens en na hun studie permanent samen kennis creëren. Dit kan vervolgens gefaciliteerd worden met ICT (zie ook mijn blog over leren in 2025, waar uit onderzoek blijkt dat ICT helpt bij het leren van o.a. metacognitie). Daarnaast kunnen we dit punt ook doortrekken naar de HAN als organisatie. Hoe zorgen we ervoor dat we van de HAN een organisatie maken waarin medewerkers permanent samen kennis creëren. Ook hier kan ICT faciliteren. Het zou mooi zijn als de HAN op dit gebied een duurzaam beleid formuleert door te investeren in kenniscreatie van de medewerkers.

Op HANovatie is hier een column over geschreven door Olga Teunissen.

Leren in 2025


Vandaag ontving ik van een collega een email over een europese publicatie over e-learning: elearningpapers. In deze uitgave een aantal artikelen over het nieuwe leren voor een nieuwe samenleving. In het kader van onze visieontwikkeling op de DLWO sprak mij het volgende artikel aan (helaas alleen een samenvatting beschikbaar, omdat de originele versie in het Spaans is): Visie op leren in Europa in 2025 .

Uit de samenvatting: "In dit artikel worden de resultaten beschreven van de innovatieanalyse in het kader van levenslang leren ondersteund door het gebruik van ICT alsmede een aantal gebieden die met leren verband houden en speciale aandacht vragen voor wat betreft innovatie en creativiteit.

Het resultaat van deze studie is gecomprimeerd in een aantal “noodzakelijke vereisten voor verandering”, een lijst met acties die op alle vier de gebieden moeten worden genomen waar het project zich op gericht heeft, plus enkele algemene transversale vereisten. Deze noodzakelijke vereisten kunnen worden samengevat in de volgende visie op Learnovation voor leren in Europa in 2025:

“Een lerende zijn gedurende het hele leven, wordt een levensvoorwaarde. Dankzij het massale en natuurlijke gebruik in het alledaagse leven, vormen de technologieën een emanciperende kracht voor de kansen en mogelijkheden van mensen om te leren en bevorderen een spontane tendens naar metacognitie en eigenaarschap van hun leerproces”.
"

Grote vraag is nu welke rol een hoger onderwijsinstelling hierin kan spelen. Natuurlijk is het zaak dat we de studenten voorbereiden op een leven lang leren. Het gaat naar mijn idee dan niet zozeer erom dat we nadenken over welke technologie we hierbij in kunnen zetten (bv. het zorgen voor portfolio's die studenten 'mee kunnen nemen'). Dit houdt je namelijk gezien de snelle ontwikkelingen als instelling nooit bij. We kunnen veel beter inzetten op het ontwikkelen van de vaardigheid om een leven lang te leren. En dat draait o.a. om hetgeen hierboven vermeld staat: het ontwikkelen van metacognitie en verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces. En laat de ICT hier nou juist kansen en mogelijkheden bieden om dit te leren en te bevorderen. Dit lijkt me een belangrijk uitgangspunt bij het formuleren van onze visie over de DLWO van de toekomst.

vrijdag 5 maart 2010

Trends DLWO - rechts of links? - deel 1


Op verzoek van het platformbestuur ICT en Onderwijs voert de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF een onderzoek uit naar de stand van zaken rondom de Digitale Leer- en Werkomgving (DLWO), op basis van gesprekken en documenten. De aanbevelingen van de WTR vormen het uitgangspunt van een programma rond de DLWO.

Binnen de HAN hebben we op dit moment geen visie over de DLWO op papier staan. We zijn echter wel heel actief op dit terrein. Om een bijdrage te kunnen leveren aan het onderzoek van SURF, verzamel ik samen met mijn directe ICTO-collega's een lijst met trends. Op termijn maken we hier een visie-document van.

Een eerste inventarisatie leverde de volgende lijst op:
cloud computing: instellingen gaan meer gebruik maken van cloud computing (data en applicaties buiten de deur van de instelling, maar ook Google Apps en Mail)
open educational resources: instellingen bieden leermaterialen via open source aan of maken er gebruik van (vb. ITunesU en OpenCourseWareConsortium)
identity management: flexibele leerwegen en integratie van applicatie vraagt om een centraal gedefinieerde identiteit. Het is belangrijk om de toegang tot digitale bronnen te stroomlijnen en tevens intellectueel eigendom te beschermen. Identity management faciliteert dit maar geldt ook als primaire tool voor beveiliging (ook relevant is federatief identity management: identity bij een onafhankelijke organisatie)
mobile devices (student vindt het vanzelfsprekend dat hij toegang heeft tot relevante informatie via zijn pda, smartphone)
collaboration tools (deze tools passen in de wereld waar studenten na hun studie gaan werken. Ook gebruiken veel jongeren de tools al in de privésfeer. Het wordt tijd dat de docent zichzelf uit de ‘spotlight’ haalt als instructeur en studenten de ruimte (durft te geven) geeft om zelfgestuurd te leren en kritisch te denken. Collaborative tools helpen om studenten bij elkaar te brengen en samen te ontdekken en kennis te creëren)
de persoonlijke leeromgeving (student/docent krijgt meer ruimte om zelf te bepalen welke tools hij/zij inzet, muv de adminstratieve tools als bv. HAN-SIS)
portaal met toegang tot persoonlijke informatie (student/docent heeft via 1 kanaal toegang tot de voor hem relevante informatie, portaal is flexibel in het toevoegen van eigen feeds en tools)
video (meer video integreren in het onderwijs, o.a. als vorm om competentieontwikkeling aan te tonen)
diagnostisch digitaal toetsen (digitale toetsen worden met name diagnostisch ingezet en zij vrij toegankelijk voor studenten op de momenten die hen uitkomen)
integratie van functionaliteit en meer samenwerking tussen applicaties
transparantie kwaliteit (ICT biedt de mogelijkheid om de kwaliteit van opleidingen transparanter te maken)
van en met elkaar leren (met ICT leren studenten van en met elkaar)
• meer professionalisering docenten (inzet van ICT kan alleen slagen als er meer wordt geïnvesteerd in de professionalisering van docenten)
• praktijk naar binnen en kennis naar buiten (profilering opleiding) ICT maakt het mogelijk om de praktijk meer de opleiding in te halen en anderzijds de kennis naar buiten te brengen
maatschappelijke oriëntatie en duurzaamheid (het is aan te bevelen om in het onderwijs tools te gebruiken die ook in de maatschappij/werkveld worden gehanteerd; ook kan het inzetten van ICT (meer blended learning) een duurzamer onderwijsmodel opleveren)
open infrastructuur (de wereld vraagt dat we ons openstellen voor de buitenwereld; het naar binnen halen van de praktijk en het naar buiten presenteren van kennis vraagt om een meer open infrastructuur)

De lijst is zeer divers. Volgende week zal ik een poging doen om de lijst tot 1 A4 te beperken. Deze lijst nemen we vervolgens mee als input voor de discussie bij Surf. Intern gebruiken we de lijst om onze visie op de digitale leer- en werkomgeving in de toekomst te formuleren.

In deze bijdrage heb ik o.a. gebruik gemaakt van de notitie The Future of Higher Education.